Hunyuan 混元 betekent voorgeboortelijk. Het is een oeroud, centraal begrip binnen de daoïstische filosofie en meditatiepraktijk. Het karakter Hun betekent zoveel als ondeelbare eenheid, de staat waarin je geest verkeerd wanneer de wereld niet in allerlei concepten wordt verdeeld. Je zou dus kunnen zeggen: Hun staat gelijk aan innerlijke stilte. Yuan betekent origine, of origineel. Het belang van dit karakter wordt onderstreept door het feit dat het het beginwoord is van de Qian, het eerste hoofdstuk van de Yijing, het Boek der Verandering: “Origineel (Yuan), Penetrerend (Heng), Gunstig (Li), Correct (Zhen). Deze zin, dit mantra, kan worden geïnterpreteerd als vier stadia in de schepping of de evolutie van een idee of een bepaald fenomeen, en het kan dus ook de vier seizoenen aanduiden. 

Yuan is de wortel van elke actie. Het is de creatieve vonk, de impuls, als een zaadje dat gezaaid wordt in de lente. Heng is de zomer, en staat voor het kiemen en de ontwikkeling. 
Het karakter Heng had van origine als betekenis: offerbeker, die gebruikt werd om aan de goden te offeren. Li betekent het oogsten van datgene dat gegroeid is. Het staat gelijk aan de herfst. Zhen betekent stabiel en correct. Het kan ook waarzeggerij betekenen. Zhen is het winterseizoen, waarin de levensenergie zich terugtrekt in de grond, en waarin de mensen terugkeren van het land naar hun huis. De vonk van Yang is verborgen in de Yin. Winter is de tijd voor innerlijk werk, meer dan uiterlijk werk, een tijd om je karakter te vormen en je voor te bereiden op het komende jaar.

Go Ahead

Het karakter Yuan was oorspronkelijk een samenstelling van de woorden Shang (boven) en Ren (persoon, mens). Je zou dus kunnen zeggen dat Yuan doelt op het bovenste deel van het menselijk lichaam, het hoofd. In die zin lijkt het op het Engelse ‘go ahead’, om de eerste te zijn. Het is wel interessant om te weten dat het Chinese karakter Dao eveneens een element bevat dat zowel ‘hoofd’ als ‘eerst’ betekent. In het daoïsme wordt de Dao wel eens gedefinieerd als het pad van de oorsprong. 
Je zou het ook kunnen interpreteren als de terugkeer naar de oorsprong, dat vind ik zelf wel een mooie uitleg. Wanneer het lichaam terugkeert naar de oorsprong, vernieuwd het zichzelf met de energie van het leven, de alles doordringende Qi van het universum. Het wordt als een onbewerkt stuk hout, in het Daoïsme het symbool voor een persoon die niet bedorven is door de spanningen en zorgen van het leven. Zoals Laozi het zei: “Zie de ongebleekte zijde, omhels het ongebeeldhouwde blok; verminder egoïsme, verminder begeerte.” Wanneer de geest terugkeert naar de oorsprong, wordt hij eenvoudig en puur als een pasgeboren baby, in staat om de wereld met een frisse onschuld waar te nemen.

Frisse onschuld

Wanneer de geest terugkeert naar de oorsprong, wordt hij eenvoudig en puur als een pasgeboren baby, in staat om de wereld met een frisse onschuld waar te nemen. Hun met Yuan wordt het concept Hunyuan, de oorspronkelijke staat van zijn. De term is synoniem met het woord Dao zelf en ook met Taiji (het ongedifferentieerde, zoals in Taijiquan, de krijgskunst en helende kunst die Yin en Yang combineert, soepelheid met kracht). Filosofie en persoonlijke cultivatie zijn geen aparte categorieën in het daoïstische denken. Hunyuan is dus het Oerwezen (God) of Zijn dat zowel voorafgaat aan als ten grondslag ligt aan de hele schepping. Het is ook de spirituele staat van een persoon die daoïstische meditatie beoefent. Dat wil zeggen, het doel van een mediteerder is om Hunyuan te worden. We zien hiervan bewijs in de twee klassieke termen voor daoïstische meditatie: Xin Zhai en Zuo Wang.

Xin Zhai, “het vasten van de geest” – het lichaam vast en wordt verfrist als het niet eet; de geest vast en wordt verfrist als hij niet denkt (als je altijd aan het denken bent, heb je niets om aan te denken behalve gedachten! Er moet een pauze zijn voor ervaring.)

Zuo Wang, “zitten en vergeten”, een oude term gevonden in de Daoïstische Zhuang Zi-klassieker: de geest vergeet oordeel en zorgen en keert terug naar een staat van vrede en helderheid.

Filosofie


We vinden verwijzingen naar Hunyuan in de daoïstische literatuur. Zhang Boduan (983-1082), oprichter van de Complete Reality (Quan Zhen) sekte van het daoïsme, leerde “de Dao van Hunyuan”. Laozi, de grondlegger van de daoïstische filosofie, stond bekend als Hunyuan Sheng, de Wijze van het Oorspronkelijke. Laozi’s Daodejing is nog steeds de belangrijkste bron voor informatie over de filosofie van Hunyuan.

Dao De Jing, Hoofdstuk 25
Er was iets gevormd door de Oorspronkelijke (Hun)
Geboren voor hemel en aarde
Zo stil, zo vormloos! Het staat alleen en onveranderlijk
Het circuleert en draait door de kosmos, zonder te vermoeien
We kunnen het beschouwen als de moeder van alles onder de hemel
Ik weet de naam niet, maar ik noem het “Dao”

Dao De Jing, Hoofdstuk 42
De Dao [de oer] gaf geboorte aan het concept van Een
De Ene baarde de Twee (Yin en Yang)
De Twee baarden de Drie (Yin, Yang en Qi)
De Drie baarden alle dingen.
Alle dingen hebben Yin op hun rug
En Yang omarmd van binnen
Ze vermengen zich met de Qi om harmonie te vinden.

De Hunyuan, ook wel Dao genoemd, creëert Twee, een polariteit van complementaire tegenstellingen die bekend staan als Yin en Yang. Twee schept Drie: Yang vormt de hemel, Yin vormt de aarde; en Qi schept leven. De drie kunnen ook worden beschouwd als Hemel, Aarde en Mens, de beroemde drie-eenheid van de Chinese filosofie. De interacties tussen de Drie scheppen alle dingen. Alle wezens hebben dus Yang- en Yin-aspecten: voor- en achterkant, binnen en buiten, positief en negatief, licht en schaduw, duidelijk en verborgen, mannelijk en vrouwelijk, enzovoort. Wanneer een mens met de Hunyuan wil communiceren, hoeft hij of zij alleen de geest te concentreren op Qi, de energie van het leven.
Wat is nou de betekenis van “vermengen met de Qi” in hoofdstuk 42? Om deze zin te begrijpen, is het van belang om een basisprincipe van daoïstische Qigong-oefeningen en meditaties te begrijpen. De Yang van de hemel – of Shen – bestaat in het lichaam als het licht van de ogen. Normaal gesproken stijgt het licht van de ogen op als vuur en beweegt het naar buiten in de richting van dingen, “verlicht” ze en brengt ze in het bewustzijn. Bij Qigong-meditatie draaien de ogen naar binnen om de microkosmos te observeren.
Het Yin van de Aarde bestaat in het lichaam als seksuele vitaliteit. In het dagelijks leven is het normaal dat deze energie uitdrukking zoekt; het stroomt naar beneden als water, naar aardse objecten van verlangen. Bij Qigong-meditatie wordt de seksuele vitaliteit van Yin teruggetrokken; het is gemaakt om fysiek naar de lagere Dantian te stijgen door een speciale ademhalingsoefening. Dit wordt soms “De Gele Rivier keert zijn loop” genoemd.
Wat isde betekenis van “vermengen met de Qi” in hoofdstuk 42? Om deze zin te begrijpen, is het van belang om een basisprincipe van daoïstische Qigong-oefeningen en meditaties te begrijpen. De Yang van de hemel – of Shen – bestaat in het lichaam als het licht van de ogen. Normaal gesproken stijgt het licht van de ogen op als vuur en beweegt het naar buiten in de richting van dingen, “verlicht” ze en brengt ze in het bewustzijn. Bij Qigong-meditatie draaien de ogen naar binnen om de microkosmos te observeren.

Water en vuur ontmoeten elkaar

Het Yin van de Aarde bestaat in het lichaam als seksuele vitaliteit. In het dagelijks leven is het normaal dat deze energie uitdrukking zoekt; het stroomt naar beneden als water, naar aardse objecten van verlangen. Bij Qigong-meditatie wordt de seksuele vitaliteit van Yin teruggetrokken; het is gemaakt om fysiek naar de lagere Dantian te stijgen door een speciale ademhalingsoefening. Dit wordt soms “De Gele Rivier keert zijn loop” genoemd.
Seksuele passie wordt een passie voor spirituele groei, de kracht van doorzettingsvermogen en toewijding. Zo komen Yang en Yin samen, vuur en water ontmoeten elkaar. Wanneer vuur en water elkaar ontmoeten, ontstaat er stoom. Deze stoom, die de eenheid van tegenstellingen vertegenwoordigt, is de Qi, een Chinees karakter dat stoom laat opstijgen bij het koken van rijst.

Als we te veel met de wereld bezig zijn, lekt Qi naar buiten en door de uitputting van levensenergie sterven we. Dit is de betekenis van de zin: “Als je het laat stromen, sterf je; als je de stroom omkeert, word je een onsterfelijke.” De zintuigen zijn prachtige gaven, maar het zijn tirannen als we het centrum, de oorspronkelijke basis van het zijn, verliezen. Iemand die zich bewust is van het centrum, handelt op een gecentreerde manier. Laozi zegt in hoofdstuk 47: “Zonder de deur uit te gaan, kun je de wereld kennen.” De deuren zijn de zintuigen, de poorten van de waarneming. We kunnen deze zin parafraseren: “Je kunt de werkelijkheid dieper begrijpen als je jezelf niet verliest in sensatie en denken.”

Oersoep iemand?

Hunyuan, Hundun en Taiji kunnen allemaal vertaald worden met “chaos”, omdat ze een oorspronkelijke “soep” suggereren waarin individuele dingen niet kunnen worden onderscheiden. Volgens A.C. Grahams vertaling van Zhuang Zi: “In de Chinese kosmologie is het oorspronkelijke niet een chaos die door opgelegde wetten tot orde is gebracht, het is een mengeling van alles samengevouwen; het woord is een verdubbeling van het type Engelse ‘hatchpotch’ en ‘rolypoly’…”.

In Chinese restaurants genieten mensen routinematig van een manifestatie van de Primordial – de oorspronkelijke – in een meest alledaagse vorm: hundunsoep (Kantonese uitspraak: wontonsoep). Dit is dezelfde hundun die we hebben besproken. Hier betekent het zowel Primordial als Dumplings. Er is een spreekwoord in Beijing dat stelt dat men tijdens de winterzonnewende hundunsoep moet eten. Tijdens de winterzonnewende is de donkere Yin precies in evenwicht met de lichte Yang; als de zonnewende voorbijgaat, is Yang weer in opkomst en worden de nachten korter. In de microkosmos harmoniseren we met de seizoensverandering door hundunsoep te drinken/eten, waarin een verscheidenheid aan niet te onderscheiden ingrediënten in de bouillon worden gekookt, en om de oer zelf directer te symboliseren, bevatten amorfe knoedels (de hundun of wontons) een mengsel van gehakte ingrediënten. Professor N.J. Girardot schrijft in zijn werk Myth and Meaning in Early Taoism: “Wonton-knoedels, klonterig en gerimpeld, bevatten de basiselementen voor het leven. Ze drijven over een oerzee, wachtend op hun opofferende en consumerende bijdrage aan de voortzetting van de menselijke wereld van voedsel.”